Categories
Copernicus

Evolutie van de COPERNICUS-procedure

justitiepaleis Zaventem, 12 februari 2013 De evolutie van de COPERNICUS-procedure In het raam van de procedure ingeleid op initiatief van het VSOA – Politie in het belang van haar leden behorend tot het operationeel kader – en thans hangende bij een Nederlandstalige kamer van de Rechtbank van Eerste aanleg te Brussel – heeft de rechtbank een kalender voor instaatstelling vastgelegd. Met inachtneming van de voorziene termijnen heeft de Belgische Staat haar conclusies neergelegd op 31 december. De politiezones, gedwongen tussenkomende partijen, moeten tegen juli 2013 hun conclusies neerleggen ; wij moeten onze conclusies vervolgens neerleggen tegen 31 december 2013. Nieuwe leden van het VSOA – Politie die nog niet waren aangesloten bij een vakorganisatie kunnen aan deze procedure worden toegevoegd. Echter, in de veronderstelling dat de rechtbank een verjaringstermijn van 5 jaar in rekening zal brengen, zullen nieuwe verzoeken slechts tot 2008 een retroactief effect kunnen ressorteren, waardoor het voordeel van een dergelijke vrijwillige tussenkomst op heden slechts nog minimaal zal zijn. Voor de leden die in het raam van dit COPERNICUS-dossier reeds een procedure hadden ingeleid tegen de Belgische Staat en/of de politiezones, hetzij individueel, hetzij via tussenkomst van een andere vakorganisatie, zal dit per geval afzonderlijk bekeken moeten worden. Aangezien het VSOA – Politie immers niet de intentie heeft om voor elk nieuw lid de individuele procedure die deze persoon reeds had ingesteld, over te nemen, ongeacht het stadium waarin deze procedure zich bevindt, kan aan deze nieuwe leden enkel de mogelijkheid worden geboden om zich te voegen bij de procedure die initieel door het VSOA – Politie werd ingesteld en die momenteel hangende is bij de Nederlandstalige kamer van de Rechtbank van Eerste aanleg van Brussel. Concreet zal eerst moeten worden nagegaan of deze nieuwe leden nog afstand kunnen doen van de procedure die zij eerder hebben ingesteld. (Immers, wanneer twee procedures met hetzelfde voorwerp en tussen dezelfde partijen worden ingesteld, dan zal deze procedure onontvankelijk worden verklaard.Daarnaast zal ook voor elk individueel lid moeten worden onderzocht of hij/zij afstand kan doen van de ingestelde procedure.) Indien voor dit nieuwe lid reeds een vonnis werd gewezen, lijkt het niet erg waarschijnlijk dat deze persoon kan worden toegevoegd aan de procedure ingeleid door het VSOA – Politie en thans hangende in eerste aanleg bij een Nederlandstalige kamer van de Rechtbank van Eerste aanleg te Brussel. (Het is niet mogelijk om een tweede vordering in te stellen met hetzelfde voorwerp en tussen dezelfde partijen wanneer er reeds een vonnis werd gewezen). –   Bovendien geldt de problematiek van de verjaringstermijn ook voor deze nieuwe leden. –    Het VSOA – Politie zal dus per geval moeten nagaan of het mogelijk is dat het betrokken nieuwe lid zich aansluit bij de procedure die werd ingeleid. De vakorganisatie kan zich bij het beantwoorden van deze vraag uiteraard slechts baseren op de informatie die door betrokkene aan de vakorganisatie wordt overgemaakt. Een lid dat het VSOA – Politie niet inlicht over het feit dat hij/zij reeds een vordering heeft ingesteld, kan het VSOA – Politie nadien niet verwijten dat een onjuist advies werd verstrekt. Wat betreft het ereloon dat door bepaalde advocaten van andere vakorganisaties wordt geëist van leden die zich aansluiten bij VSOA – Politie, moeten in het bijzonder volgende twee zaken worden onderzocht : 1.   Heeft het nieuwe lid aan zijn/haar vakorganisatie een mandaat verleend om in zijn/haar naam een procedure in te leiden ? 2.    Wat is bepaald in de statuten van elke vakorganisatie m.b.t. het geval waarin een lid deze vakorganisatie in de loop van een procedure verlaat en zich aansluit bij een andere vakorganisatie ? Hierbij een pdf-document met een schematische stand van zaken  : Copernicus – schematische voorstelling Manu Lispet Nationaal beheerder van de juridische dienst

Categories
Copernicus

Copernicus : Voormalige leden syndicaat ACV Openbare Diensten

art1

Zaventem, 7 januari 2013

Voormalige leden van het syndicaat ACV Openbare Diensten die onze syndicale organisatie hebben vervoegd, hebben ons op hoogte gebracht van een brief dd.03 januari 2013 die hen verstuurd is door advocaat Pascal LAHOUSSE. Deze brief vermeldt dat er in hun dossier geen beroep zal aangetekend worden door het ACV-OD tegen de ongunstige beslissing bekomen in eerste aanleg. Tevens wordt een forfaitair bedrag van 700 euros, ter dekking van kosten en honoraria, gevraagd ten gevolge van hun vertrek bij het ACV-OD.

Wij hebben onze raadsheer, zijnde kabinet ‘Vincent De Wolf et associés’, gemandateerd om advocaat Pascal LAHOUSSE te interpelleren aangaande enerzijds de wettelijke of reglementaire basis waarop hij zich steunt om de kosten en honoraria te reclameren aan de voormalige leden van het ACV-OD en anderzijds om ons te bevestigen dat de dossiers waarvoor het ACV-OD beslist heeft om geen beroep aan te tekenen tegen de ongunstige beslissing bekomen in eerste aanleg, weldegelijk welbepaalde politiezones aanbelangt en niet enkel de individuele gevallen van onze nieuwe leden die voorheen aangesloten waren bij het ACV-OD.

In elk geval raden wij onze belanghebbende leden aan om geen kosten en honoraria te betalen en dit in afwachting van een antwoord aan het schrijven van onze raadsheer.

Wij brengen u spontaan terug op de hoogte van zodra er klaarheid is in dit dossier.

Categories
Copernicus

Copernicus – Hadden (en hebben) wij het (nog steeds) bij het rechte eind ? JA

art1

Zaventem, 6 november 2012

Syndicale info

COPERNICUS

Hadden (en hebben) wij het (nog steeds) bij het rechte eind ?

JA

en we kunnen het bevestigen !!!

Hoewel dit dossier een vage toekomst tegemoet gaat, blijkt dat, na lezing van een informatie betreffende het dossier ” COPERNICUS ” van een andere syndicale organisatie, deze laatste laat uitschijnen dat de dagvaardingen verschillen teweeg brengen tussen de leden van het operationeel kader enerzijds van de federale politie en anderzijds van de lokale politie.

We kunnen spijtig genoeg enkel deze analyse bevestigen.

MAAR ONZE ORGANISATIE HAD DIT REEDS VOORZIEN !!!.

Het VSOA Politie heeft inderdaad, vanaf de opstart van de procedures in 2010, benadrukt dat niet alle politieagenten wettelijk afhingen van dezelfde werkgever : de federale politie hangt af van de Staat en de lokale politie wordt tewerk gesteld door de diverse Politiezones.

Deze visie is trouwens later ook bevestigd door verschillende gerechtelijke beslissingen uitgesproken door de Rechtbank van Eerste Aanleg te Brussel.

Dit in gedachten heeft het VSOA Politie, vanaf de start in 2010, beslist om ook alle politiezones te dagvaarden met betrekking tot de COPERNICUS premie teneinde deze zones te laten veroordelen tot het betalen van deze premie aan de personeelsleden die ervan afhangen (afhingen).

In dit verband voert het VSOA Politie momenteel verschillende procedures met als doel ook de Belgische Staat te laten veroordelen tot betaling van de COPERNICUS premie aan het operationeel kader dat er initieel niet kon van genieten.

Vincent Gilles, Nationaal Voorzitter