Categories
Laatste nieuws

Rouwbericht

rouw

Zoals gans België, hebben wij, met verbijstering, dit drama vernomen.
Iedereen heeft deze psychische pijn gevoeld bij het vernemen van deze ramp.
Zoals reeds dikwijls gezegd zijn er geen woorden voor…

Eigenlijk, misschien toch wel één: Sterkte!

Dit wenst  het VSOA-Politie toe, met oprecht medeleven, aan de kinderen, de ouders, de naaste familieleden en de bewoners van Lommel en Heverlee.

 

Vincent Gilles – Nationaal Voorzitter / Vincent Houssin – Nationaal Ondervoorzitter

Categories
Onderhandelingscomité

OCP 297 : 14 maart 2012

Dagorde:

– AMOK risicoanalyse – vervolg

– Normen “de lange buigzame wapenstok”

– OKB “LO buitenland”

– Stakingsaanzegging CGSU – VSOA

– Varia

Dhr De Mesmaeker opent de vergadering.

AMOK risicoanalyse – vervolg

Wat we gekregen hebben, is voor ons is geen risicoanalyse.

Wij vragen een nieuwe analyse die deftig zou opgesteld zou worden

Verder vragen wij inzake dat de vorming terug naar 16 uren gebracht zou worden, dat er voldoende en deftig materiaal voorzien is en als laatste de rechtsbescherming.

Wij vragen hier een aparte omzendbrief en geen annex aan de GPI 48.

Wij stellen dat wij hier de minimumuitrusting moeten vastleggen. Zone per zone kan dit niet voor ons. Dit moet opgelegd worden.

Volgens de overheid is het aan de tussenkomende collega om af te wegen indien hij genoeg uitgerust is om tussen te komen.

De overheid stelt dat het irrealistisch is om centraal dingen op te leggen

Voor hen is het bestaande wetgevend kader reeds voldoende.

Na een pauze stelt de overheid de wil te hebben vanaf april de opleidingen te hervatten. Ze zal eind maart de omzendbrief G¨PI 48 aan het OCP voorleggen.

Wij nemen akte maar kunnen niet akkoord gaan daar de risicoanalyse voor ons niet goed is en ook stellen we de vraag inzake de opleiding.

ACOD en ACV akkoord. NSPV wacht omzendbrief af.

Normen “de lange buigzame wapenstok”

Werd in de wapencommissie besproken.

We gaan akkoord maar vragen het schriftelijk advies van DSW.

OKB “LO buitenland”

Onderhandelingen lopen reeds sinds maart 2010.

We hebben geen opmerkingen.

Andere vakbonden hebben opmerkingen.

Na een pauze komt de overheid terug met enkele aanpassingen aan de tekst.

Wij kunnen hiermee leven.

Stakingsaanzegging CGSU – VSOA

Onze aanzegging gaat over twee zaken.

Volgens ons hebben heeft CGSU een apart kader nodig inzake de arbeidstijd. Dit is al toegepast als test. Hier bestaat een nota in. We gaan vragen dit volgend OCP te formaliseren.

Ten tweede werd er onlangs een vorming selectie georganiseerd (testweken) Er werd door de directie een aanpassing gedaan aan de uren van de opleiders. Het gaat hier om de aanrekening van een half uur tijdens de middag.

Ook is er discussie over de maaltijdvergoedingen. Voor ons hadden deze mensen recht op de grote maaltijdtoelage en niet de kleine.

De overheid stelt voor om dit geval per geval te bekijken.

De werkgroep binnen CGSU die vroeger bestond, wordt terug opgestart.

Wij schorten onze aanzegging op tot het volgende OCP waar we eventuele problemen nog kunnen behandelen.

Varia

Op het HOC hebben we een punt behandeld inzak hete persoonlijk dossier. We hebben toen gesteld dat dit onderhandelbare materie is en geen overleg.

Gisteren hebben we antwoord gekregen dat dit overlegmaterie is.

We vragen nu aan de voorzitter van het OCP om overleg te plegen met de voorzitter van het HOC daar dit volgens ons onderhandelbare materie blijft.

Categories
Laatste nieuws Pensioendossier

Pensioenhervorming : aanvulling op ons bericht van 16/02/2012

art1

Men moet goed onthouden dat we spreken over een algemeen kader dat in een wet gegoten werd en reeds gepubliceerd is.

Daar de wet reeds gepubliceerd is, kan de inhoud slechts geamendeerd worden door eventuele opmerkingen van het Grondwettelijk Hof. Over deze tekst zal er dus geen enkele onderhandeling meer zijn, en heeft er ook nooit een onderhandeling plaatsgevonden.

Het moet zonder trots toch gezegd worden : de uitzondering voor de geïntegreerde politie wat betreft de gevolgen van deze wet zijn deels te wijten aan onze onmiddellijke reactie toen de tekst werd onthuld in het technisch Comité A rond 15 december. Spijtig genoeg werd in tussentijd, door verschillende invloeden, het criterium – om te bepalen wie van de geïntegreerde politie effectief uitgesloten zou zijn van de effecten van de hervorming – gewijzigd in de “preferentiële leeftijd”.

In de technische discussie, met als doel de opmaak van de uitvoeringsteksten, die plaats heeft gehad in een technisch en informeel Comité A hebben wij geprobeerd om een aantal dingen te verduidelijken teneinde de belangen te verdedigen voor alle leden van de sector politie. Maar dat is niet gemakkelijk geweest tot 16 februari aangezien we tot dan geen enkele tekst hadden ontvangen, en wat we toen in handen kregen was slechts een onvolledig overzicht ….

We moeten nu wachten op de ontwerpteksten van de koninklijke besluiten die aan het Comité A formeel dienen voorgelegd vóór 1 mei.

Voor het ogenblik zijn de officieren van de ex-gemeentepolitie en deze van de exgerechtelijke politie niet opgenomen in de uitzonderingen, maar ze zijn niet alleen ! De toekomst van de collega’s die sociale promotie hebben gemaakt of zullen maken is niet duidelijk alsook de situatie van de personeelsleden die een « geassimileerde sociale promotie » maakten zoals daar zijn de Rode Loper, Oranje Loper … Het is dan ook ongepast om te zeggen dat het eens te meer de jongens zijn van de gemeentepolitie of de gerechtelijke politie die gestraft worden » zoals men kon lezen in een tract van een andere organisatie. Dit is pure demagogie. We moeten eerlijk genoeg zijn en de dingen zeggen zoals ze zijn : op bijna 50.000 leden van de geïntegreerde politie zijn er ongeveer 40.000 (waarvan 38.000 Ops) met zekerheid uitgesloten van de gevolgen van deze pensioenhervorming ; blijven dus 10.000 personen (waarvan 2.000 Ops) … afkomstig van diverse korpsen die niet (of niet blijken) uitgesloten van de gevolgen van deze wet om diverse redenen die door iedereen binnen onze sector als oneerlijk bestempeld worden.

Het is ook om deze reden dat we hen niet laten vallen en we hun belangen blijven verdedigen in de actuele moeilijke omstandigheden waarbij de regering elke onderhandeling weigert. Daarom moeten we elke vorm van demagogie vermijden.

Zo pleiten wij voor de in plaatstelling van alternatieve maatregelen voor deze mensen in het kader van de eindeloopbaan, zoals het verlof voorafgaand aan het pensioen… want dat is alles wat we kunnen doen als vakbond (de wet is gepubliceerd) … en dat is in het belang van alle betrokkenen. Stel je voor : in plaats van op pensioen te gaan op 60 jaar met misschien minder dan 75% van de referentiewedde, zouden zij vertrekken met 80% tussen 60 en 62 jaar waarbij deze periode ook aanneembaar zou zijn voor het pensioen officieel genomen op 62 jaar! Dat is geen klein bier!

Het is waar dat dit nog geen uitgemaakte zaak is, want er zijn twee mogelijke valkuilen : de marges van de budgetten en de lokale overheden. Ook daarin moeten we eerlijk zijn.

Dit is het mandaat dat ons is gegeven door het Nationaal Comité en het is in die richting dat we zullen gaan door een debat te vragen over dit onderwerp in het onderhandelingscomité voor de politiediensten.

Vincent Gilles – Nationaal Voorzitter
Vincent Houssin – Nationaal Ondervoorzitter

 

Categories
Laatste nieuws Pensioendossier

Pensioenhervorming : toestand op 16-2-2012

art2

Pensioenhervorming

Voorlopig standpunt van de regering voorgelegd aan de werkgroep pensioenen van het Comité A op donderdag 16-2-2012

De regering heeft woensdagavond zijn standpunt bepaald rekening houdend met de opmerkingen van de vakbonden tijdens de voorgaande vergaderingen. Voor het eerst sinds begin dit jaar heeft de overheid ons een tekst voorgelegd in wat lijkt op een overleg, maar zeker nog geen onderhandeling. Het betreft een nota « overzicht van de nieuwe maatregelen inzake pensioenen in de openbare sector ». Deze nota regelt niet alles en bepaalde punten dienen nog aan regeringsonderhandelingen te worden onderworpen. Volgende week heeft een nieuwe vergadering plaats om de laatste pijnpunten voor te leggen.

Voor de sector politie zijn er enkele wijzigingen in positieve maar ook in negatieve zin.

Positief

Voor de niet-officieren van het operationeel kader (agenten, basiskader en middenkader) blijft de preferentiële leeftijd van 58 en de conditie van de 20 pensioenaanspraakmakende dienstjaren, zonder diplomabonificatie, behouden.

Een overgangsmaatregel voorziet dat wie voor of tijdens de overgangsperiode (2013-2016) op een of ander moment voldoet aan de voorwaarden om vervroegd op pensioen te kunnen gaan, deze mogelijkheid behoudt ongeacht welke zijn latere aanvangsdatum van pensioen is.

Deze garantie blijft geldig ook na de overgang naar een andere categorie van personeel, bijvoorbeeld de overgang naar een hoger kader. De nota preciseert echter niet of het recente, oude of toekomstige overgangen zijn.

Een andere overgangsmaatregel voor de ambtenaren die onder het algemeen stelsel vallen voorziet erin dat wie zich in 2012 in het oude stelsel op 1,2 of 3 jaar van zijn vervroegd pensioen bevindt, dat het aantal jaar bijkomend te werken beperkt wordt tot 2 jaar en hij dus geen 3,4 of 5 jaar langer zal moeten werken.

Negatief

Het Calog personeel en de officieren van het operationeel kader waarvoor er geen preferentiële leeftijd bestaat vallen onder de algemene regel.

Voor de ambtenaren waarvan het pensioen op een preferentieel tantième berekend wordt, zijn er uitzonderingen op de algemeen regel en de andere regels inzake de voorwaarden inzake loopbaan en leeftijd. De minimumleeftijd gaat van 60 jaar en 6 maand in 2013 naar 62 jaar in 2016, de loopbaanvoorwaarde gaat van 31 jaar en 8 maand in 2013 naar 38 jaar en 4 maand in 2022 en de uitzonderingen voor lange loopbaan gaan van 60 jaar indien loopbaan van 33 jaar en 4 maand in 2013 naar 60 jaar indien loopbaan van 40 jaar in 2022 en van 61 jaar indien loopbaan van 34 jaar en 2 maand in 2016 naar 61 jaar indien loopbaan van 39 jaar en 2 maand in 2022. Wanneer het aantal loopbaanjaren nodig voor het bekomen van een vervroegd pensioen gelijk is aan het aantal dienstjaar nodig voor een volledig pensioen, en dit vanaf 2021, zal er een evaluatie gebeuren om te beslissen of men eventueel in aanmerking komt indien de voorwarden voor de volledige loopbaan is vervuld.

Voor de categorie van officieren die niet uit de ex-rijkswacht voortkomen en die zich benadeeld voelen hebben we een voorstel ingediend en verdedigd maar het werd afgewezen. Het is nu duidelijk dat de oplossing voor deze categorie niet zal komen uit een wijziging van deze wet, maar eerder in statutaire wijzigingen einde loopbaan.

Zo hebben we al de uitvoering geëist van het sectoraal akkoord 2009-2011 welke voorziet in een « one shot » voor deze officieren. Wij gaan onmiddellijk ons eisenbundel voor het sectoraal akkoord 2012-2013 aanpassen door het toevoegen van een specifiek en prioritair punt waarbij we een structurele oplossing eisen betreffende de eindeloopbaan van deze categorie door bijvoorbeeld een verlof voorafgaand aan het pensioen met een wachtgeld van 80% en tellend voor de pensioenberekening.

Loopbaanonderbreking

Vanaf 1-1-2012 blijven er slechts 60 maand die in aanmerking komen voor het pensioen voor personeelsleden jonger dan 55 jaar. Vanaf de leeftijd van 55 jaar kan men van 120 maand extra genieten waardoor de aanneembare periodes worden verhoogd tot 180 maand. De thematische loopbaanonderbrekingen blijven eveneens toegankelijk en zijn aanneembaar bovenop de hiervoor vermelde termijnen.

De vrijwillige vierdagenweek en de halftijds vervroegde uittreding worden terug ingevoerd. De begunstigden verkrijgen dezelfde premies als voorheen (108,43 € è 4/5e, 295,99 € è ½). Voor de leeftijd van 55 jaar is het regime van de vrijwillige vierdagenweek slechts mogelijk gedurende 60 maand. Voor de huidige begunstigden, op basis van de wet van 1995, worden de tellers qua duur op nul gezet op 1-1-2012. Na de leeftijd van 55 jaar is het regime van de vrijwillige vierdagenweek of de halftijds vervroegde uittreding mogelijk tot aan de leeftijd van het pensioen (vervroegd of niet). Voor de 4/5e zijn 120 maand (10 jaar) gratis aanneembaar (dit telt dus voor de berekening van het pensioen), voor de ½ tijds zijn slechts 84 maand (7 jaar) gratis aanneembaar, al wat meer is niet.

Referentiewedde, gemiddeld loon.

Voortaan zullen de pensioenen in de overheidssector worden berekend op basis van de laatste 10 jaar. Uitzonderingen : voor de ambtenaren die 50 jaar oud zijn op 1-1-2012 en voor de berekening van het gewaarborgd minimumpensioen zal de berekening op basis van de laatste 5 jaar behouden blijven.