Categories
Laatste nieuws

Teveel is trop, trop is teveel !! Men moet maar lef hebben !!

Brussel, 10/04/2008

TEVEEL IS TROP, TROP IS TEVEEL !!!!! MEN MOET MAAR LEF HEBBEN !!!!!!

Het gebeurt niet vaak dat ik persoonlijk reageer op mededelingen van andere vakbonden. Maar wat SYPOL thans weer presteert tart elke verbeelding.

In een pamflet presteert dit “syndicaat” het om VSOA Politie te verwijten als dat wij ons zouden verzet hebben tegen het feit dat de gewezen leden BOB bij voorrang zouden aangesteld worden, bij de aanstellingen welke noodzakelijk zijn tot behoud van de proportionaliteit tussen gewezen GPP en gewezen rijkswacht binnen de gerechtelijke zuil, vanaf het van start gaan van de zogenaamde rode loper benoemingen.

VSOA Politie is vanaf het ogenblik van het verschijnen van de lijsten die de rangorde bepaalden, vragende partij geweest om binnen de voorrangscategorie III, voorrang te verlenen aan de leden van de gewezen BOB welke uit de boot vielen, toen destijds bij de oprichting van de federale politie 270 aanstellingen tot CP van gewezen middenkaders van de BOB doorgevoerd werden. Wij durfden zelfs toegeven dat we ons vergist hadden bij de onderhandelingen die het KB voorafgingen en waarbij de voorrangsregels vastgelegd werden.

VSOA Politie heeft dit herhaalde malen op het onderhandelingscomité ter kennis gebracht en het zelfs officieel laten behandelen. Wij werden toen helaas niet gevolgd door de andere vakorganisaties.

Sypol verwijst naar het protocol van 30 januari 2008. Welnu dat protocol gaat inderdaad over de benoemingen rode loper, maar dan wel over het feit dat zekere leden van gewezen GPP voorrang zouden krijgen, hetgeen volkomen terecht door NSPV werd aangeklaagd en waarbij wij ons logischerwijze aansloten, omdat dit een flagrante miskenning van de Wet zou zijn.

Nergens echter handelt dit protocol over de voorrangsorde van bijkomende aanstellingen die nodig zijn aan de zijde van de gewezen rijkswacht in toepassing van die rode loper benoemingen. Dat laatst punt is immers een gans ander dossier en dat dossier werd door VSOA aangekaart, evenwel toen nog zonder resultaat.

Thans is het zo dat het punt opnieuw aan de orde is geweest en wel als gevolg van het feit dat het akkoord Verwilghen – Duquesne van november 2000 dient te worden toegepast bij de uitvoering van het KB tot vaststelling van de rangorde voor bijkomende vaststelling. Dit akkoord voorzag dat wanneer er bijkomende aanstellingen noodzakelijk zouden zijn in de gerechtelijke zuil, deze moesten toekomen aan de leden BOB dewelke op dat ogenblik in dienst waren. Dit principe inschrijven vergde een nieuwe onderhandeling en deze heeft gisteren plaatsgevonden.

Hetzelfde geldt voor de zogenaamde “Boni Santé”. Deze maatregel werd onderhandeld in het kader van de strijd tegen het absenteïsme. Het bekomen resultaat was geen “bla-bla”, zoals Sypol schrijft, doch een overeenkomst met de overheid vastgelegd in een getekend protocol afgesloten tussen de overheid en de vakbonden.

De syndicaten die zich met deze maatregel akkoord verklaarden, voelen zich net zo bekocht, ja zelfs verraden door de overheid, als vele personeelsleden, maar als men zich niet meer mag beroepen op een “getekend akkoord”, zo stel ik me toch de vraag waarop men zich dan wel mag beroepen om een of andere maatregel wereldkundig te maken.

Dat SYPOL nu eens eindelijk ophoudt met demagogie te verkopen. Zij zouden zich eerst beter informeren wie, wat, waar, gedaan, gezegd, geschreven of gevraagd heeft, alvorens prietpraat te verkopen.

Ik vraag me trouwens af, indien Sypol het steeds bij het rechte eind heeft, waarom het ledenaantal van die organisatie niet evenredig stijgt met hun gelijk, zodat zij de noodzakelijke 10% van het personeel van de geïntegreerde politie zouden vertegenwoordigen, en om zodoende samen met de momenteel representatief zijnde syndicale verenigingen, mee aan de onderhandelingstafel te kunnen plaatsnemen.

Of vroegen zij ook niet in hun sectoraal eisenbundel de verlaging van die drempel naar 5%? We kunnen er misschien ook 1% van maken, maar men moet toch alleszins “iets” achter zich hebben staan om mee te kunnen praten en momenteel blijkt dat voor Sypol niet het geval te zijn.

Jan SCHONKEREN
Nationaal Voorzitter

Categories
Laatste nieuws

Dossier WPR – VSOA Politie gehoord door de AIG

Brussel, 19/03/2008

VSOA POLITIE GEHOORD DOOR DE AIG
vervolg…..

De aanklacht vanuit VSOA omtrent de wijze waarop de federale politie de verkeersonveiligheid bestrijdt heeft heel wat deining veroorzaakt. De pers berichtte hierover uitgebreid. Een betoging was noodzakelijk om overheid en publieke opinie de ogen te openen. Een manifest over de problematiek met de pijnpunten als inhoud (intussen reeds in uw bezit) werd overhandigd aan de hiërarchische en politieke overheid.

Een gevolg was ook dat de algemene inspectie van de politie, op vraag van de commissaris-generaal (en dus ook van de minister) een onderzoek diende te openen naar de beweringen die VSOA had geuit. VSOA wenste bij dat onderzoek betrokken te worden en verzocht om te worden gehoord. Op 12 maart jl. had een onderhoud plaats tussen een afvaardiging van VSOA (nationale voorzitter en drie afgevaardigden WPR) en een afvaardiging van de algemene inspectie (de inspecteur-generaal, diens adjunct en drie onderzoekers).

Tijdens deze gelegenheid belicht VSOA uitvoerig de achtergronden waarin bepaalde verklaringen aan de pers zijn afgelegd. Zij legt (nogmaals) de nadruk op het gebrek aan middelen en manschappen om haar werk efficiënt te kunnen verrichten en de nefaste invloed daarvan op de verkeersveiligheid. Zij stelt duidelijk dat WPR verworden is tot een basispolitie-eenheid waarbij zij haar specialisatie, de hoofdreden van haar bestaan, als kerntaak niet meer of onvoldoende kan uitoefenen.

Bepaalde uitspraken en beschrijvingen omtrent deze problematiek dienen in die context begrepen. Uitvoerders dienen inventief te zijn om de opgelegde doelstellingen te behalen. De reactie van VSOA daarop is niet nieuw en dient als noodkreet begrepen. VSOA benadrukt dat geen enkel feit door haar benoemt wordt omdat zij zich houdt aan de discretieplicht tegenover haar leden. Haar rol is de spreekbuis zijn van het personeel en de problemen over te brengen waarmee dat personeel dagelijks geconfronteerd wordt.

Met dit onderhoud wenst VSOA te benadrukken dat zij reeds eerder en meermaals aan tal van personen en instanties op zowel formele als informele wijze de WPR-problematiek aan de kaak heeft gesteld. VSOA wil hiermee vermijden dat die overheden zich in onwetendheid zouden hullen. Deze stellingneming wensen zij aan het onderzoeksrapport van de algemene inspectie toegevoegd.

De algemene inspectie benadrukt van haar zijde dat het onderzoek zich niet toespitst op personen. Zij wenst enkel de gesignaleerde toestand te onderzoeken en het te kaderen in richtlijnen. VSOA krijgt kennis van de in dat kader gestelde vragen. Tijdens het onderzoek kreeg de algemene inspectie geen enkele rechtstreekse bevestiging van door personeel zelf afgelegde ademtesten. Wel bevestigden een aantal bevraagde personen dat zij weet hebben van die praktijk (en andere praktijken). Zekere hiërarchische oversten hadden trouwens zelf reeds onderzoek verricht naar soortgelijke feiten.

In de besluitvorming van de bijeenkomst komt tot uiting dat de conclusies van de algemene inspectie weinig verschillen met hetgeen VSOA heeft aangeklaagd. Hopelijk draagt dit onderzoek bij tot verbetering van de huidige WPR toestand.

De werkgroep WPR – VSOA Politie

Categories
Laatste nieuws

Sectorale onderhandelingen ! Een warme lente dient zich aan !

Brussel, 14/03/2008

SECTORALE ONDERHANDELINGEN !! EEN WARME LENTE DIENT ZICH AAN !!

Vandaag 14 maart 2008 werd het sectoraal eisenbundel, neergelegd in gemeenschappelijk vakbondsfront, behandeld op het onderhandelingscomité voor de politiediensten (u kunt dit eisenbundel vinden op onze website).

De overheid deelde volgend standpunt mee:
– Zij erkent dat het eisenbundel een belangrijk gegeven is.
– Er zijn belangrijke onderhandelingen met het Openbaar Ambt aan gang.
– De besluitvorming m.b.t. het eisenbundel kan bijgevolg niet snel genomen worden.
– Er is bereidheid om te onderhandelen maar binnen het bestek van een interim regering is dit niet mogelijk.
– Dit betekent evenwel niet dat de overheid zonder meer neen zegt.
– Er dient mee terug gekomen op een later tijdstip wanneer er een nieuwe regering is.
– Misschien ter gelegenheid van de budgetcontrole 2008 of de opmaak van de begroting 2009, waarbij advies van de betrokken ministers alsook de adviesraad van burgemeesters zal noodzakelijk zijn.

De vakbonden hebben akte genomen van dit standpunt, hun opmerkingen geformuleerd en een onderbreking gevraagd. Na deze onderbreking heeft het gemeenschappelijk vakbondsfront volgend standpunt verwoord naar de overheid toe en gevraagd dit aldus in het protocol op te nemen.

– Het dossier dient te worden overgemaakt aan de Eerste Minister.
– Het gemeenschappelijk vakbondsfront vraagt te worden ontvangen bij de Eerste Minister binnen de maand, volgend op vandaag.
– Indien hierop geen reactie komt, zal vanaf daags nadien een aanvang genomen worden met acties.

Het gemeenschappelijk vakbondsfront zal haar basis inlichten ter voorbereiding van deze acties.
Het belooft dus een warme lente te worden ! Ik roep u alvast nu reeds op om gevolg te geven aan de oproep tot deelname aan acties, welke deze ook moge wezen.

De politieambtenaren zijn sedert 2001 onthouden van een verhoging van hun koopkracht en werden bovendien bij de uitvoering van zekere afgesloten akkoorden bedrogen (boni santé). Wij accepteren dan ook niet langer nog verder aan het lijntje gehouden te worden.

Bereid u dan ook voor om de volgende regering te ontmoeten op straat, om uw gerechtvaardigde eisen kracht bij te zetten.

Jan SCHONKEREN
Nationaal Voorzitter

Categories
Laatste nieuws

Politieambtenaren niet zwaar genoeg gestraft ?

Brussel, 27-2-2008 – Persmededeling

Politieambtenaren niet zwaar genoeg gestraft ??????
Politieambtenaren krijgen te veel opschorting ??????

VSOA Politie wenst te reageren op de uitlatingen in de pers van de heer Frank Schuermans van het Comité P met betrekking tot diens stelling dat politieambtenaren onvoldoende zwaar gesanctioneerd worden alsook het feit dat zij, aldus betrokkene, te vaak opschorting van veroordeling bekomen wanneer zij zich voor de strafrechter moeten verantwoorden.

Het is overigens niet de eerste maal dat wij hierop reageren (zie www.vsoa-pol.be – Info VSOA – Argument – Titel: “voor u gelezen in Panopticon, de criminele politieambtenaar en zijn rechter”). In dit artikel stelden wij zeer uitvoerig waarom wij niet akkoord kunnen gaan met de ingenomen stellingen van het Comité P en inzonderheid deze ingenomen door de heer Schuermans.

VSOA Politie stelt zich de vraag met welk recht het Comité P het zich toeeigent, de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht in twijfel te trekken?

Men moet tevens vergelijken wat vergelijkbaar is, met name het feit dat politieambtenaren die zich voor de rechter dienen te verantwoorden, dit meestal voor de eerste keer doen en bijgevolg in de meeste gevallen in aanmerking komen voor opschorting. Aldus dient men de opschortingen verleend t.a.v. van politieambtenaren te vergelijken met deze verleend t.a.v. van burgers die zich voor een eerste maal verantwoorden voor de strafrechter.

Sommige conclusies van het rapport zijn niet meer noch minder dan een waardeoordeel over het appreciatierecht van de rechterlijke macht. Daarenboven behoort het tot de exclusieve bevoegdheid van het openbaar ministerie om een vordering neer te leggen die rekening houdt met de feiten, de persoon, de omstandigheden, de verzwarende en de verzachtende omstandigheden. Vervolgens behoort het tot de exclusieve bevoegdheid van de rechters om zich hierover in volle kennis van zaken uit te spreken. Aan hen dus om, rekening houdende met alle verzwarende en verzachtende omstandigheden van een misdrijf, te oordelen of iemand in aanmerking komt voor opschorting van veroordeling.

VSOA Politie vindt het tevens onaanvaardbaar dat vandaag een algemeen beeld wordt opgehangen terwijl het verslag van het comité P zich steunt op de analyse van 106 vonnissen ten aanzien van 127 politieambtenaren. 127 politieambtenaren maakt op een totale politiepopulatie van ongeveer 38.000 operationele personeelsleden amper 0,33 % uit. Wij stellen onomwonden dat het er 0,33 % teveel zijn. Maar laat ons realistisch wezen: in een organisatie, welke dan ook, samengesteld uit mensen, zullen er steeds individuen zijn die de regels niet respecteren of nog erger, rotte appels blijken zijn. Alles dient in het werk gesteld om dit percentage zo laag mogelijk te houden maar een 0% score lijkt ons evenwel utopisch.

Wat ons eveneens stoort is het feit dat de heer Frank Schuermans (gewezen parketmagistraat) in een vorig leven onderhandelaar was bij de totstandkoming van het statuut voor de politieambtenaren en bij die gelegenheden niet onder stoelen of banken stak dat politiemensen een zeer goed statuut hadden, vaak meer verdienden dan een substituut. De man was gewoon stinkend jaloers op de verloning van politieambtenaren. VSOA Politie heeft dan ook grote twijfels omtrent diens objectiviteit.

Jan Schonkeren
Nationaal Voorzitter
Gsm 0486-720899