Categories
Laatste nieuws

De erkenning van COVID als een beroepsziekte bij de politiediensten en de vaccinatie

2021 is nog maar net begonnen en wij ontvangen al teleurstellende antwoorden op twee belangrijke bezorgdheden voor het personeel, namelijk de erkenning van COVID als beroepsziekte bij de politiediensten en de vaccinatie.

De erkenning van COVID als beroepsziekte bij de politiediensten

Na herhaaldelijk vragen heeft de minister van Binnenlandse Zaken haar collega de minister van Volksgezondheid hierover gecontacteerd.

Het antwoord van de minister van Volksgezondheid vermeldt dat de eerste periode van lockdown (18 maart t.e.m. 17 mei 2020) niet vergelijkbaar is met de nieuwe lockdown vanaf 2 november 2020. Verder antwoordt de minister dat er momenteel geen duidelijk wetenschappelijk bewijs is dat een beroepsgroep een hoog risico loopt op besmetting met het coronavirus in de beroepsmatige omgeving, behalve voor het ziekenhuispersoneel  en – het personeel van woonzorgcentra. Sinds het begin van het virus zijn veel studies uitgevoerd, maar zeer weinig over het voorkomen van COVID-19 in een professionele omgeving.

Hij heeft daarom de werkgroep binnen Fedris gevraagd om haar analyse voort te zetten om te zien of het mogelijk is om blootstellingscriteria te identificeren op basis van risicofactoren bij bepaalde beroepen. De resultaten van de werkgroep worden vervolgens voorgelegd aan het Beheerscomité van Fedris.”

De vaccinatie

Aan de hand van de informatie verkregen bij het coronacommissariaat laat de overheid ons weten dat de politiediensten deel uitmaken van de specifieke groep van kritische functies binnen de belangrijkste sociaal-economische beroepen waarmee rekening moet worden gehouden bij de vaccinatie in fase 1B. De aanpak die voor deze groep is gekozen, bestaat erin de personeelsleden te identificeren waarvan gesteld wordt dat ze een echt gevaar lopen als gevolg van onvermijdelijk contact met de bevolking (bv. thuiswerken onmogelijk) en niet in de mogelijkheid zijn om de sanitaire veiligheidsmaatregelen te respecteren.

De Taskforce Operationalisering van de vaccinatiestrategie werkt momenteel aan het identificeren van personen in deze specifieke groep, waarvan de politiediensten deel uitmaken, die gevaccineerd zouden moeten worden in Fase 1B. De te volgen aanpak zal worden gecommuniceerd zodra deze is vastgelegd.”

Beide antwoorden zijn teleurstellend. Wij verwachten dan ook een reactie van onze minister van Binnenlandse Zaken en van de top van de federale en lokale politie.

Het louter verkondigen dat de politiediensten een essentiële factor zijn in het bestrijden van de Covid pandemie is één. Maar als er maatregelen genomen moeten worden ter ondersteuning en bescherming van het politiepersoneel vallen wij weeral uit de boot.

Categories
Laatste nieuws

Dossier aspirant-hoofdinspecteur bij de Raad van State

Wij vernemen dat de syndicale organisatie NSPV, al dan niet bij misverstand, een schrijven heeft gericht aan aspiranten-hoofdinspecteurs i.v.m. het gegeven dat een collega van hen een procedure is opgestart bij de Raad van State aangaande zijn niet toelating tot de opleiding als hoofdinspecteur, meer bepaald en ondermeer aangaande het besluit van de deliberatiecommissie van 25.08.2020 in het kader van een interne kandidatuur voor de selectie middenkader.

Wij beschouwen dit helaas als een vorm van ledenwerving met miskenning van de voortdurende inspanningen welke onze organisatie levert om de persoonlijke en collectieve belangen van onze leden te behartigen.

Indien en voor zover aangaande de problematiek van de aangespannen procedure een vrijwillige tussenkomst van enig belanghebbende nodig is dan zal daartoe, na onderzoek
door onze juridische dienst, het nodige worden gedaan.

Alhoewel dient opgemerkt dat de door de collega ingespannen procedure tegen de overheid is gericht en het in eerste instantie de overheid is welke haar argumenten dienaangaande moet laten kennen, zonder dat daarom het ene personeelslid moet worden opgezet tegen het andere.

Bij concrete vragen en verzoeken kan u steeds bij onze organisatie terecht via info@vsoa-pol.be of rechtstreeks bij onze dossierbeheerder koen.vanparys@vsoa-pol.be.

Categories
Laatste nieuws

Minister van Justitie verscherpt de procedure voor geweld tegen politie

In een interview op Radio 1 deze morgen heeft de minister van Justitie Vincent Van Quickenborne de verscherpte procedure toegelicht voor geweld tegen politie. Daders van geweld tegen politie zullen altijd oog in oog komen te staan met het parket.

De minister heeft hiervoor gisteren samen gezeten met de Procureurs-generaal. Er werden drie duidelijke afspraken gemaakt om te komen tot een lik-op-stukbeleid en een nultolerantie voor geweld tegen politie:

  1. Seponering om opportuniteitsredenen

De minister zegt duidelijk dat seponeren omwille van niet prioritair, of onvoldoende personeel, niet meer kan. Ieder feit zal vervolgd worden.

  1. Daders worden systematisch voorgeleid

De daders altijd systematisch worden voorgeleid bij het parket. Nu wordt de zaak vaak telefonisch afgehandeld. Geweldplegers zullen vanaf nu dus fysiek oog in oog komen te staan met de procureur. Afhankelijk van het resultaat van deze voorleiding kan de procureur beslissen om de dader voor te leiden bij de onderzoeksrechter. Volgens de minister is er hiervoor geen capaciteitsprobleem bij het parket.

  1. Snelrecht

Als er beslist wordt voor een gerechtelijke afhandeling dan gebeurt dit bij voorkeur in het systeem van snelrecht. Er wordt aan de dader een dagvaarding meegegeven en eenmaal de zaak gefixeerd is moet er binnen de twee maanden een uitspraak zijn. Zo komt er een lik-op-stukbeleid.

In de vorige omzendbrief werden daders pas voorgeleid wanneer geweld tegen politie resulteerde in een arbeidsongeschiktheid van mimimaal 4 maanden. In de nieuwe omzendbrief, die deze namiddag wordt voorgesteld door de 5 Procureurs-generaal, en die deze week nog van kracht zal worden, zal er bij 1 dag arbeidsongeschiktheid systematisch worden voorgeleid en vervolgd.

De minister benadrukte nogmaals dat zowel de minister van Binnenlandse Zaken als hijzelf, conform het regeerakkoord, een nultolerantie wil doorvoeren voor geweld tegen politie.

De exacte inhoud van de wijzigingen van de omzendbrief is ons momenteel nog niet gekend, maar we zullen vragen om deze te komen voorstellen op het onderhandelingscomité.

Wij hebben eveneens de cijfers van vervolging en seponering per gerechtelijk arrondissement gevraagd, om te kunnen vaststellen waar de problemen zich effectief voordoen.

VSOA Politie is uiteraard tevreden met deze duidelijke afspraken. Wij hopen dat de verschillende parketten in ons land zich dan ook strikt gaan houden aan de nieuwe omzendbrief.

Wij zullen in ieder geval vragen om de toepassing van de nieuwe omzendbrief na één jaar grondig te evalueren.

Los van deze eerste stap, vragen we ook om de andere feiten van geweld tegen politie, zonder werkonbekwaamheid, een gepaste wijze te straffen. Het gaat onder meer over weerspannigheid, smaad en vandalisme op bijvoorbeeld politievoertuigen of -gebouwen. De zogenaamde lichtere feiten kunnen bijvoorbeeld afgehandeld worden d.m.v. een onmiddellijke inning.

Zodanig blijft geen enkel feit van geweld tegen politie ongestraft.